Nieuwesluis, eens een vissersdorp aan de Zuiderzee

 

Winkeltjes en cafés; waar zijn ze gebleven

 

In de geschiedenis van de polder Wieringerwaard speelt Nieuwesluis een niet onbelangrijke rol. Wie nu over de dijk loopt, met links oude huisjes en rechts onder andere een camping en een haventje, wordt gegrepen door de rust, de stilte en het geruis van de bomen. Links het uitzicht over de polder, rechts het Waardkanaal leidend naar de Pishoek, die weer in verbinding staat met het Amstelmeer. Nieuwesluis. Eens een vissersdorp aan de Zuiderzee, ontstaan in het begin van de zeventiende eeuw door de inpoldering van Wieringerwaard. Een dorp met herinneringen aan het verleden. Aan de kruidenier, de bakker, melkboer en het café. En uiteraard de haven.

Een verhaal over Nieuwesluis mag op deze website niet ontbreken. In feite zou het een verhaal moeten worden met meerdere hoofdstukken, want er is veel te vertellen over dit dorp. Ed Pach,  bewoner van het oudste huis, eens een herberg, heeft al eens een prachtig boek geschreven over zijn dorp: ‘Nieuwesluis, een tentoonstelling’. En Jan van der Wal heeft ooit een schitterend epistel geplaatst op de social media over zijn herinneringen aan Nieuwesluis.  En natuurlijk wordt via beeld en tekst in dit verhaal dankbaar gebruik gemaakt van deze informatiebronnen.

Wat weten we nu over Nieuwesluis? Er wonen ongeveer honderd mensen. Er is een jachthaventje, een camping, er staan veel oudere huisjes, zeven daarvan dateren van voor de 19e eeuw. Niet onbelangrijk, je vindt er ook een oude herberg, nu een appartementenboerderij. En aan het eind van het straatje de al vermelde Pishoek.

Maar er is meer. Om te beginnen de  naam Nieuwesluis. Waar komt die naam vandaan? En als er een Nieuwesluis is, dan is er toch ook…..jawel, Oudesluis. We weten dat allemaal wel, maar als je even doordenkt, dan weten we dat we terug moeten gaan naar de zeventiende eeuw. De inpoldering van de Wieringerwaard. De Oude Sluis was er al door de droogmaking van de Zijpe. De bedijking van de Wieringerwaard ging gepaard met de aanleg van enkele sluisjes, waaronder de Groote Sluys, oftewel de Nieuwe Sluis die het overtollige water  bij eb de zee inloodste. En daar, bij die dijk, kwamen vanaf 1611 of 1612 de eerste huisjes. Onderkomens voor de arbeiders, de vissers, de handelaren. Links de polder, rechts de Zuiderzee.

Herberg

Het eerste huis in Nieuwesluis was de herberg. De geschiedenisboeken die zich baseren op nog beschikbare documenten wijzen het Polderhuis – het Gemeenlandshuis – aan als de eerste polderwoning in de Wieringerwaard en de herberg in Nieuwesluis als tweede gebouw. Maar voor hetzelfde geld kan de herberg wel eens het eerste bouwsel zijn geweest. Ed Pach, de bewoner van het huidige pand, weet zich nog te herinneren dat ooit iemand het jaartal 1611 in een balk had zien staan. Ooit. Het waren herinneringen, die zijn vervaagd. In de archieven van Noord-Holland en Schagen valt daarover niets terug te vinden. Maar wel ter aanvulling: In de muur van de oude herberg is nog een gedenksteen gemetseld na de overstromingen van 1916.

De grootste concentratie huizen in de 17e eeuw in de polder was aan de Nieuwesluis. Een huizentelling in 1665 – ja, die was er toen ook al – bleek dat er 33 woningen aan de dijk waren. Stel niet zoveel voor van die woninkjes, want de meesten waren slechts schamele onderkomens voor de polderwerkers, sluiswachter, molenbaas en – de dijk lag aan het grote water, de Zuiderzee – de vissers. Nieuwesluis was de plaats waar bouwmateriaal en grondstoffen werden aan- en afgevoerd.  Dat Nieuwesluis ook een plaats was waar vissers woonden, blijkt uit archiefstukken. ‘Vier schuyten’ hadden als thuishaven Nieuwesluys; bemanningsleden van walvisvaarders woonden ook in Nieuwesluis – er zijn lijsten met bemanningsleden van walvisvaarders nog altijd in de bewaarde archieven te vinden.

Een peuter

Nu even in dit verhaal wat minder ver terug in de tijd, naar eind 19e eeuw, begin 20e eeuw. Nieuwesluis in het nieuws. De Schager Courant uit 1902 meldde dat nabij Nieuwesluis een wrak aanspoelde. De vroegere rijksveldwachter Kooij was ter plekke, en legde beslag op het verlaten schip. En nu gebeurde het. Ruzie. We lezen: ,,Twee anderen, jonger en dus flink bij de pinken, kwamen er op af, waarna een formeel gevecht ontstond waarbij de laatsten echter het veld moesten ruimen. De volgende ontmoetten zij elkaar aan wal. Kooij, bezig zijn pijpje te stoppen, kreeg onverwacht een peuter, zoodat pijp en tabak van den dijk rolden. De dokter kwam eraan te pas om de wonden te verbinden. De politie nam proces-verbaal op.’’

En dan een ander bericht: ,,Aan de Nieuwesluis, gemeente Wieringerwaard, heeft zich iemand met een scheermes ernstige sneden in den buik toegebracht. De man was sedert eenige dagen lijdende aan zwaarmoedigheid. Hij had ook reeds pogingen aangewend om door verdrinken en ophangen zich van het leven te berooven.’’

Het leven viel niet mee in Nieuwesluis. Maar, het dorp aan de dijk had ook cafés. Al vanaf het begin van de 20e eeuw, misschien ook eind 19e eeuw, kon je aan de dijk terecht voor een biertje en feesten. Schager Courant meldt in 1917 bal in café Zeezicht. Of in 1906 kermis in Nieuwesluis met bal en biljarten, ook in café Zeezicht. Jan Kooij beheerde toen het café en hij was waarschijnlijk ook de bovengenoemde voormalige rijksveldwachter.

Er kwamen meer cafés. De Rustende Jager, Het Sluisje, café van Woudenberg, Bijpost, ze hadden allemaal één ding gemeen….hoe kun je in je onderhoud voorzien. Zo waren er ook enkele winkeltjes, zoals die Van Kouseband en nog andere: twee melkboeren, twee bakkerijtjes, kruidenierwinkeltjes…en dat op pakweg 50, 60 woninkjes en dito gezinnen. Hoe bestaat het….

Kruidenierswinkeltje

Jan van der Wal heeft eens zijn herinneringen toevertrouwd aan onder meer Facebook. Herinneringen die ook gingen over de middenstanders. ,, Ik weet ook nog dat Gert Kousenband een kruidenierswinkel had op de Nieuwesluis (nu nr. 17). Die kwam op dinsdag het boodschappenboekje ophalen. Daar kon je de bestellingen in opschrijven die je die week nodig had en dan op woensdag werden de boodschappen gebracht.

Er zat meestal ook klokzeep bij, waar een cadeau bij zat. De vier pakjes zeeppoeder waren zo verpakt, zeg maar in een molenwiek model, zodat er in het midden een ruimte overbleef voor een cadeau. En er was een pak Victrix puddingpoeder, waar ook een of ander prulletje in zat. Maar ik was er altijd heel blij mee, want je had vroeger niet zoveel speelgoed als nu. En meestal een fles ABRO, werd voor de afwas enz. gebruikt.’’

,,Gert Bijpost, de groenteboer uit Wieringerwaard, kwam in die tijd ook al langs de deur met groente en fruit. Maar of hij veel verkocht weet ik niet, want bijna iedereen had zelf een groentetuin bij het huis, waar de groenten voor bijna het hele jaar werden geteeld.’’

En over de café’s vertelde Jan van der Wal nog het volgende:

Rustende Jager

Brand in de Rustende Jager in de jaren tachtig.

,,Er waren in die tijd ook nog twee cafés op de sluis: ”De Rustende Jager” van Jan Breed, aan het begin van de Nieuwe Sluis, eigenlijk aan de Sluizerweg. Met alleen bier uit flesjes, want een bierpomp was er nog niet in het begin, en natuurlijk sterke drank. Toen Jan er mee stopte nam z`n zoon Dirk het café over.

Het tweede café stond ter hoogte van de haven, op de dijk. Deze was van Piet Versluis en later Eef Bijpost. Die verhuurde ook bootjes. Dat café heette “ De Toekomst”. Daar kwamen veel vissers op af, vooral uit Amsterdam en Den Haag. Dat was niet van dat frisse volk, maar het was wel gezellig daar, vooral als Eef achter z’n drumstel plaatsnam. Dan ging Eef helemaal uit zijn dak en was er niets gek genoeg meer.’’

 

 

Foto uit 1920. Bron: Nieuwesluis; een tentoonstelling. Op de foto mevrouw Trien Saal-Vethman en Joop Slooves

Er zijn nog meer herinneringen aan vroeger. De oudste herinnering is misschien wel die van Rinus NIesse, die zich nog altijd het uitzicht op de Zuiderzee kan herinneren. Marinus NIesse, op dit moment – oktober 2022 – is inmiddels 101 jaar oud, maar nog zeer helder van geest. Hij heeft nooit gewoond aan de dijk, altijd aan de Noordzijperweg. Maar als kind kwam je natuurlijk wel eens ergens en zeker ook in Nieuwesluis. De inpoldering van de Wieringermeer begon in 1927 en enkele jaren later was de Wieringermeer drooggevallen. Rinus is één van de zeer weinigen die nog kan vertellen hoe de Zuiderzee tegen de dijk klotste.

Er is meer te vertellen over Nieuwesluis. De brand in de Rustende Jager, het veerbootje naar Wieringen, de Pishoek, het water aan het eind van de weg in Nieuwesluis en waar krantenartikelen zijn gewijd over hoe de naam de Pishoek is ontstaan. In de serie verhalen over Wieringerwaard zal hier ook nog wel een apart item aan worden gewijd. Eens.

 

 

Bronnen:

Pach: Nieuwesluis, een tentoonstelling

Bremer: Heren, knechten, boeren

Jan van der Wal: herinneringen

Rinus Niesse: herinneringen

Schager Courant

 

 

 

 

 

 

4 reacties:

  1. Lida Limpers-Groot

    Wat weer een interessant verhaal. Ik ben op Noord Zijperweg 85 geboren, dus weet weinig van de Nieuwesluis, alleen dat we schaatsten op het kanaal, waar vroeger de ijsbaan was.

  2. Gert kouseband was mijn vader . Ik heb nog zijn 1e kasboek in mijn bezit. Op 1 foto staat een man met een juk op zij schouder en dat is dhr de Jong waarvan mij ouders het pand hebben overgenomen.

  3. Mooi verhaal over de Nieuwesluis.
    Ik ben op 10-11-1934 geboren aan de twee wegen A102(naast de zuivelfabriek waar mijn vader directeur was.
    Meerdere malen reed ik met de melkwagen van Jan Glerum naar de Nieuwesluis,om melk bij de boeren op te halen.
    Henk Braaf,de zoon van de schilder,was een klasgenootje van mij,net als Tamis Hoek en Lammert Kok,Jannie Dissel enz.
    Ik herinner mij een aantal inwoners,fam.Woudenberg,melkboer,Stien van der Wal-Mereboer, ooit de huishoudhulp van mij moeder.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

  • Nieuwsbrief